zondag 8 juni 2014

Vijf x inspiratie

Mensen houden van lijstjes.
Ik geef u een lijst.

Inspiratie, dat verdomd moeilijk te omschrijven ding waar schrijvers beroep op doen om een wit blad te vullen.

Wat inspireert me? Deze vijf dingen bijvoorbeeld:

1. Zeep

Ik was een tijd lang door zeep geobsedeerd, zowel door de harde (een blok) als de zachte (douchegel) variant. In mijn douche stonden een paar transparante potten met atypische kleuren en geuren, zoals een blauwe gel met munt, een groene met gras of een lichtgele met roze grapefruit.

Het was onvermijdelijk dat mijn obsessie in enkele verhalen zou binnensluipen. Twee daarvan staan onafgewerkt op mijn harde schijf. In het ene verhaal spendeert het hoofdpersonage een fortuin aan zepen, gels en bruisballen, in het andere duikt een blok zeep op die geurt naar geraniums en tijm.

Een derde verhaal, Badparels, werkte ik wel af. Ik schreef het in mijn eerste jaar aan de SchrijversAcademie Antwerpen. De opdracht was: schrijf een erotisch verhaal. Badparels gaat over een vrouw die kookt, in bad gaat, de kraan vergeet dicht te draaien en in bed kruipt.

Het verhaal werd opgenomen in de bundel Aangeboord talent. Het boek is niet meer verkrijgbaar, maar misschien (of misschien ook niet, afhankelijk van mijn graad van luiheid) zwier ik het deze zomer op mijn blog.

2. Bongobon

Soms voel ik me de enige mens op deze planeet die nog graag bongobonnen krijgt (hint hint!). Mijn familie- en vriendenkring schijnen die dingen te haten (of toch vooral de vervaldatum). Voor een planner als ik is zo'n cadeau lekker makkelijk. Een datum prikken, leuk adresje kiezen en we zijn vertrokken. Wil je van je bongo af? Reageer op dit bericht. Ik ga graag in jouw plaats eten of op vakantie.

As schreef ik tijdens de module scenario, eveneens aan de SchrijversAcademie. Het uitgebluste koppel in de hoofdrol heeft met een bongobon een weekend in een b&b geboekt. De vrouw trekt erop uit, de man blijft op de kamer om te werken. Een andere vrouw dringt zijn kamer binnen en maakt avances. Het loopt slecht af, of wat had je anders gedacht?

Het grondplan voor het scenario is klaar, maar het scenario zelf moet ik nog schrijven. De vraag is: wanneer? Waarschijnlijk nooit. Het idee leent zich meer voor het scherm dan voor het podium. Ambities om filmscenario's te gaan schrijven, heb ik niet. Misschien maak ik er een kortverhaal van? Misschien.

3. Björk

Rond mijn achttiende werd ik dankzij de release van Vespertine fan van Björk. Een achttal jaren later vertaalde ik, bij wijze van poëtisch experiment, de eerste regels van haar nummers naar het Nederlands. Ik gebruikte ze als aanzet om eigen gedichten te schrijven.

Terugkijkend op die schrijfsels, moet ik concluderen dat het vooral vingeroefeningen waren. Wat is poëzie? Daar had ik toen geen antwoord op. Al schrijvend en lezend ben ik ondertussen dichter bij een mogelijk antwoord gekomen. Ik hoop dat de kwaliteit van mijn poëzie sindsdien ook is verbeterd.

Uiteindelijk bleken twee à drie gedichten toch meer dan vingeroefening te zijn. Ik schaafde eraan tot ik ze goed genoeg vond om naast recenter werk te staan. Het gedicht Woonboot dat via mijn deelname aan Poemtata onlangs op papier verscheen, dateert uit mijn Björkfase. Het wortelt in de eerste regel van Wanderlust: 'I am leaving this harbour, giving urban a farewell.' Woonboot krijg je in de loop van de zomer ook op dit blog cadeau.

4. Badeend

In 2009 dook op de Kanaalkom in Hasselt een gigantische badeend op. Ik was zwaar onder de indruk. Vandalen beschadigden de eend, maar ze keerde sterker dan ooit terug en reisde daarna door naar andere wateren. Ik mis mijn gele vriend nog steeds en pleit voor een permanente residentie op de Hasseltse wateren.

Niet lang na onze eerste ontmoeting schreef ik Badeend, een kortverhaal over een zwaarlijvige vrouw die zichzelf de marginaliteit in vreet. Haar gezapige leventje staat op z'n kop wanneer ze door en vroegere klasgenote voor een diner wordt uitgenodigd. Ze loopt verloren, slaat een mal figuur in het restaurant, loopt opnieuw verloren en eindigt in een park met een meer. Op het water drijft een badeend.

Ik stuurde het verhaal naar de kortverhalenwedstrijd van de stad Sint-Truiden. Het sneuvelde in de eerste ronde. Deze week herlas ik de tekst en ik begrijp nu waarom ik niet verder kwam. Het uitgangspunt van het verhaal zit snor, maar de uitwerking is minder. Een goeie schaar zou Badeend geen kwaad doen.

5. Romeo en Julia

Iemand vertelde me over Huis Clos, een theaterstuk van Jean-Paul Sartre waarin de beroemde uitspraak L'enfer, c'est les autres wordt gedaan. Op youtube vond ik de integrale verfilming uit 1954 van Jacqueline Audry.

De drie hoofdpersonages hebben elk een bewogen levensloop achter de rug. Er kleeft bloed aan hun handen. Na hun dood brengt een dienaar hen naar een luxueus ingerichte kamer. De ruimte lijkt een  vagevuur waarin ze tot in de eeuwigheid tot elkaar zijn veroordeeld.

Daar zit poëzie in, dacht ik.

Een existentialistische cyclus schrijven, dat leek me zwaar op de hand. Ik zocht naar een tegengewicht. In welk stuk vielen nog doden in de naam van de liefde, maar dan op een andere manier dan in het donkere Huis Clos? Juist, in Romeo en Julia. Een liefdesdrama met een romantische saus.

Eitje, dacht ik, laat die gedichten maar komen.
Een hard eitje, zo bleek.
Voorlopig ben ik niet verder dan een brainstormsessie op papier geraakt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten