ze rook aan de koffie zwart
hield de steel van de lepel
tussen duim en wijsvinger
zwenkte rakelings langs
de mond van de kop
ze plofte hem neer in het midden
roerde behoedzaam bewoog
de steel naar boven schoof
de zilveren buik tussen haar
halfgeopende vochtige lippen
ze likte
in de gebogen weerspiegeling
straalde suiker op mijn lippen
in de schittering van een wenteling
at ze de hoekjes suikervrij
Geen opmerkingen:
Een reactie posten