Je hebt hard gewerkt aan een tekst en wilt hem publiceren in
een literair tijdschrift. Een schitterend voornemen. Maar hoe begin je daaraan?
Als schrijver en ex-redacteur van een literair tijdschrift deel ik graag mijn
ervaring met jou. Wat zijn de belangrijkste do’s-en-don’ts? In dit blogbericht
vind je 5 onmisbare tips voor een strak plan van aanpak. Publiceren in een
literair tijdschrift? Dat doe je zo.
1. Schrijf een goede bijdrage
Alles begint met een goede tekst. Hoe doe je dat? Lees en schrijf
veel. Meer informatie daarover vind je in mijn handleidingen over lezen en
schrijven.
Hoe weet je of een tekst klaar is voor publicatie? Daar bestaat geen succesrecept
voor. Je moet het voelen. En ja, ik weet dat voelen een vreselijk woord is.
Want hoe gaat dat dan? Jaagt een of andere godheid van de literatuur een
bliksemschicht door je bloedbaan als je tekst perfect is? Nou nee, dat zou
makkelijk en tegelijkertijd gruwelijk zijn.
Als auteur moet je het idee hebben dat je zelf niets meer
aan je tekst kunt veranderen. Heb je dat gevoel niet, dan is je bijdrage waarschijnlijk
niet klaar voor publicatie. Vraag om feedback aan een vriend of leg je tekst een
tijdje weg om hem daarna met een frisse blik te bekijken. Schrijf en herschrijf
net zolang tot je denkt: nu is het af!
Weet dat de meeste redacties van literaire tijdschriften
bijna volledig op vrijwilligers draaien. Het gaat vaak om mensen die er,
naast hun literaire engagement, een betaalde baan op nahouden. Denk daaraan als
je met veel enthousiasme een half afgewerkte bijdrage indient. Het staat je
vrij om halfweg het schrijfproces feedback te vragen, maar de kans dat je die
krijgt is klein. Het ontbreekt de meeste redacties aan tijd om auteurs intensief
te begeleiden.
Houd er rekening mee dat een redactie een andere mening over
je tekst kan hebben. Het is uitzonderlijk dat een bijdrage zonder enige feedback in een
nummer wordt opgenomen. Maar dat maakt publiceren nu net zo interessant.
Dankzij die feedback leer je kritisch naar je eigen werk kijken. Als schrijver word
je daar alleen maar beter van.
Denk goed na over welke tekst je opstuurt naar een literair tijdschrift |
2. Dien één bijdrage in
De mailbox van een literair tijdschrift is geen vuilbak. Bij redacties zinkt de moed
in de schoenen als een auteur dertig gedichten of tien kortverhalen opstuurt met
als begeleidend bericht: kies maar welke jullie goed vinden. Dat getuigt van weinig respect voor een
redactie en (nog erger) voor je eigen werk.
Een veelgehoord
schrijfadvies is: wik en weeg je woorden. Dat advies kun je ook gebruiken
wanneer je een literair tijdschrift contacteert. Wik en weeg je teksten. Bij welk verhaal, gedicht of essay denk jij
het vaakst: die wil ik graag in een tijdschrift zien staan? Stuur bij voorkeur
alleen het stuk bovenaan jouw lijstje op. Je
kans op succes – een publicatie of feedback – is met een weloverwogen bijdrage groter
dan wanneer je een redactie met meerdere teksten overstelpt.
3. Kies het juiste tijdschrift
Elk magazine heeft een eigen gezicht. Voor literaire
tijdschriften is dat niet anders. Leer ze kennen. Pluis hun websites uit. Of
beter nog: koop en lees ze. Op die
manier krijg je een goed beeld van de genres en auteurs die in een specifiek
tijdschrift aan bod komen. Het heeft geen zin als debuterend auteur een tekst
op te sturen naar een tijdschrift dat geen vrije inzendingen aanvaardt. Stuur
geen essay naar een blad dat gedichten uitgeeft. Als de redactie vraagt om
teksten van maximum 2 500 woorden, houd daar dan rekening mee. Over honderd
woorden meer zal niemand moeilijk doen, over duizend wel.
Kwaliteit primeert op kwantiteit, altijd. Stuur je bijdrage niet op
naar zoveel mogelijk tijdschriften in de hoop dat er toch wel eentje tot
publicatie zal overgaan. Tenzij je graag door afwijzingen wordt overspoeld. Nooit
leuk, zelfs al heb je een dik schrijversvel. Mik je literaire pijlen op de juiste roos. Als een redactie merkt
dat je hebt nagedacht over je tijdschriftkeuze, stijgt je kans op succes. Met
‘nagedacht over’ bedoel ik niet dat je in je begeleidende mail die keuze
uitgebreid motiveert. Laat in de eerste
plaats je tekst spreken. Een redactie kent het DNA van het blad en voelt meteen
of jouw tekst daarbij aansluit of niet.
Een publicatie moet je vieren |
4. Snap waarom een blad je bijdrage publiceert
Je hebt een tekst geschreven
en bij het juiste tijdschrift ingediend. Een paar weken of maanden later
ontvang je fantastische nieuws: je bijdrage verschijnt in het volgende nummer. Je
waant je vijf seconden lang de volgende winnaar van de Nobelprijs, gaat vervolgens
terug met beide voeten op de grond staan en belt je moeder, vader en beste
vriend met het goede nieuws.
Je zit vol goede
schrijversmoed en denkt: op naar die volgende tekst, een volgende publicatie en
een volgende succes. Van een creatieve flow gesproken! Maar … wacht eens even. Tel
tot drie, haal diep adem en kijk achterom. Vervelend, ik weet het. Maar van achterom kijken, leer je veel bij.
Bekijk die nakende publicatie nog eens van dichtbij. Probeer te begrijpen waarom een redactie voor jouw tekst viel. Gebruik
die kennis in je volgende tekst.
Hetzelfde geldt voor slecht
nieuws: je krijgt bericht dat je bijdrage niet wordt gepubliceerd. Je waant je
vijf seconden lang de slechtste schrijver op aarde, gaat op zoek naar een gat
in de grond en sluit je op in je zolderkamertje. Opnieuw: tel tot drie enzo.
Vraag je af waarom jouw bijdrage het niet haalde. In het beste geval motiveerde
de redactie de afwijzing. Beschouw
feedback als een compliment. De redactie zag het potentieel van je tekst,
maar vond dat er aan de uitvoering iets schortte. Ga ermee aan de slag.
Herschrijf je tekst en bied hem op een later moment opnieuw voor publicatie aan
bij hetzelfde of een ander tijdschrift.
5. Beschouw elke publicatie als een kers
Publiceren is leuk, een
beetje zoals een kers op een slagroomtaart. Je schrijvershart maakt een
sprongetje als je jouw tekst op een literaire site of in een literair
tijdschrift ziet staan. Waarom? Omdat je
hoopt dat het plezier dat je aan het schrijven beleefde, zal overslaan op een
groep lezers die je op je eentje niet zou bereiken.
Tegelijkertijd is het belangrijk dat je een publicatie relativeert. Je tekst viel in die smaak
van één redactie. Leuk, maar wat dan nog? Weet dat je tekst het misschien niet
zou gehaald hebben als de redactie uit vijf andere mensen bestond. Elke
publicatie een subjectieve mening van een al even subjectieve redactie (en dat
bedoel ik niet negatief).
Redacties verdelen de kersen, of anders gezegd de
publicatiekansen. Maar schrijvers houden de slagroomtaarten, ofwel de teksten,
vast. En
zeg nu zelf: als je mag kiezen, ga je dan voor één kers of voor een ganse slagroomtaart?
Ik zou het wel weten.
Het belangrijkste is dat je plezier beleeft aan het
schrijven zelf. Waardeer niet alleen het eindresultaat van je werk, maar ook de weg
ernaartoe. Weet dat je met elke tekst die je afwerkt (en publiceert) ook iets
afsluit. De volgende dag ligt er opnieuw een wit blad voor je neus. Meet jouw
schrijfsucces en -plezier niet af aan het feit of je wel of niet wordt
uitgegeven. Ben jij een schrijver? Een
redactie van een literair tijdschrift zal daarover een mening hebben, maar het
definitieve antwoord op die vraag ligt altijd op jouw lippen.
Wegens een schromelijk gebrek aan kersen in mijn koelkast neemt deze aardbei de honneurs waar |
Werken mijn tips (niet) voor jou? Laat het me weten. Deel
ook jouw publicatietips als je vindt dat ik iets over het hoofd heb gezien. Ik
ben benieuwd naar jouw ervaringen.
Supertips...
BeantwoordenVerwijderenDank je wel. Jij bent ook een expert. Wat is jouw gouden tip?
VerwijderenSupertips...
BeantwoordenVerwijderen