zondag 17 november 2013

Wij hadden toch afgesproken? (deel 2)

Deel 1 lees je hier.

Het gebeurt regelmatig dat het boek waar ik nood aan heb op het juiste moment in mijn schoot valt. Soms zwerft een roman maanden in de kast alvorens ik erin begin te lezen. Soms vraag ik me zelfs af waarom ik een bepaald boek heb gekocht. Toch kan dat maanden later het verhaal zijn waar ik op dat moment zin in heb. Waarschijnlijk appelleerde het werk bij aankoop aan een onbewust verlangen dat pas later tot uiting komt.

Wat ik hier vertel, zou recht uit Mijn leven is mooier dan literatuur van Jannah Loontjes kunnen komen. Zoals Michael Foley haalt ze de ene na de andere grote naam uit de literatuur van stal om het over de schoonheid van lezen en schrijven te hebben.

Volgens Loontjes is de mens geneigd zijn leven in oorzaken en gevolgen in te delen. Wie dieper graaft, merkt echter dat elke oorzaak ooit zelf een gevolg van weer een andere oorzaak is. Het denken in oorzaak en gevolg geeft een leven structuur. Lezers verwachten ook dat in romans deze wijze van denken wordt gerespecteerd. Eerst wordt de moord gepleegd, dan gaan we op zoek naar de dader en op het einde weten we wie de slechterik is. Alles wat van die formule afwijkt, heeft het knap lastig om een breed publiek te vinden. Plotloze verhalen brengen ons in verwarring. Ze krijgen etiketten opgeplakt zoals onleesbaar en onherkenbaar.

De meeste gebeurtenissen in een mensenleven zijn niet spannend, logisch of zinvol. Blijkbaar verwachten we van een boek het tegenovergestelde. We willen op de rand van onze stoel zitten en verlangen naar de ontknoping op de volgende bladzijde. Schrijven over het alledaagse heeft het hard te verduren. Het was niet anders in de tijd dat Ulysses en Op zoek naar de verloren tijd op de markt werden gebracht. Toch is het naïef te veronderstellen dat Joyce en Proust zomaar aan hun verhalen breiden zoals aan een lange sjaal. Hun gevierde werken hebben ook een structuur. Ze gebruikten de wijze waarop een menselijke geest functioneert als principe voor het ordenen van hun romans. Zij schrijven zoals wij denken.

Ook ik maak me schuldig aan het denken in oorzaken en gevolgen. Mijn ervaring over het misverstand en mijn treinritten heb ik in een logische verhaalstructuur gegoten. Ik heb de realiteit geïnterpreteerd en gevangen in een blogbericht. Onderweg verwijs ik naar Loontjes en Foley omdat ik dat leuk vind.

Fijne dingen ontstaan uit een misverstand.

Zo zou ik eerder dit jaar in het literaire café Den Hopsack op de planken van Publiek Geheim staan. Helaas, door een misverstand ging dat niet door. Een paar weken later kreeg ik een mail van Den Hopsack met de vraag of ik enkele gedichten voor publicatie in het ledenblad wilde opsturen. Weer een paar weken later kreeg ik het bericht dat Koffie door de redactie werd goedgekeurd.

De eerste woorden van Koffie schreef ik een drietal jaar geleden. Daarna bleef het in de kast liggen tot ik op de SchrijversAcademie de opdracht kreeg een gedicht te maken waarin de werkwoorden werken. Ik liet de werkwoorden in Koffie nog harder werken dan de eerste keer en schoof werk- en andere woorden van de ene naar de andere regel. Uit de eerste en tweede strofe rolde een derde, afsluitende strofe. Ik keek naar de drie blokjes op het computerscherm en dacht: 't is af!

Wil je me lezen? Neem contact op met Den Hopsack voor een exemplaar. Klik hier voor hun website.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten