zondag 2 februari 2014

Een begin(ner)

Samenvatting van een week 
  1. Een vol hoofd 
  2. Een alsmaar groter wordend respect voor mensen die voor de klas staan.
Even terug in de tijd 

Schrijfles geven, is dat iets voor mij? In het voorjaar van 2013 stelde ik me die vraag steeds vaker. Genoeg janee en misschien gedacht. Ik raapte mijn moed bij elkaar en maakte een afspraak met de plaatselijke bibliotheek. Of ik geen lesreeks proza mocht geven. Dat mocht. Gisteren ging de tweede les door.

Voorlopige conclusies
  1. Lesgeven aan een groep gemotiveerde mensen is dankbaar, tof en inspirerend. 
  2. Er kruipt meer tijd in dan ik dacht. 
  3. Na afloop heb ik hoofdpijn. Is dat normaal?
Ik geef 'les'

Kun je iemand leren schrijven? Daarover lopen de meningen uiteen. Voor elke regel bestaan uitzonderingen. Als schrijfdocent wil ik beginnende schrijvers aan het denken zetten. Ik stel vragen. Wat voor schrijver zijn ze? Welk verhaal willen ze vertellen? Naar de antwoorden moeten ze zelf op zoek.

Dat klinkt zwaarwichtig en eenzaam, maar dat is het niet. In de dialoog met de andere cursisten komen ze dichter bij de antwoorden. Een schrijfdocent kan enkel die dialoog stimuleren*. Zit je met een groep waarin de mensen elkaar niet vertrouwen of waarin niemand zin heeft om wat te zeggen, dan is de kans klein dat er iets zal blijven hangen.

Voor sommigen leiden de schrijfopdrachten naar een afgerond verhaal. Voor anderen zijn het vingeroefeningen, probeersels die hen leiden naar wat ze echt willen schrijven.

*Af en toe speel ik ook de nukkige redacteur. 

Ik blijf zelf een beginner

Terwijl ik bezig ben met de lesreeks, schrijf ik ook verder aan mijn roman. En wat merk ik als ik mijn teksten nalees: soms leg ik te veel uit en laat ik te weinig zien (show, don't tell; weet u wel?). Of ik gebruik te veel bijvoeglijke naamwoorden. Kortom, ik ben zelf nog een beginner, al heb ik ondertussen wat ervaring opgebouwd die me toelaat andere beginners op valstrikken te wijzen. Ervaring is leren ont-strikken.

Je schrijft (nooit) alleen

Is schrijven een eenzame bezigheid? Als ik schrijf, zit ik meestal alleen voor mijn computer. Andere auteurs schrijven op café. Toch voel ik me nooit alleen. Ik heb mijn verhaal, de personages en mijn mentor, Lief Vleugels. Zij leert me ont-strikken. Daarnaast zijn er de mensen - vriend, familielid of kennis, bekend of onbekend, schrijver of niet-schrijver - die mijn schrijverschap beïnvloeden.

Ik moet hierbij denken aan de Amerikaanse schrijver Raymond Carver. Zijn redacteur, Gordon Lish, zette stevig de schaar in zijn manuscripten. Het resultaat waren uitgebeende kortverhalen. De naam van de schrijver schopte het zelfs tot bijvoeglijk naamwoord, namelijk carveresque.

Wie wil weten hoe drastisch Lish schrapte in het werk van Carver kan de vergelijking maken. In 1981 werd de kortverhalenbundel What we talk about when we talk about love gepubliceerd, met Lish als redacteur. In 2009 verscheen Beginners met daarin dezelfde zeventien kortverhalen, maar dan in de originele versie van Carver.

ps: Ik sta in de gazet! (bron: Het Belang van Limburg)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten