Het begin voor elke schrijver: een wit blad |
Dus je wilt meer schrijven? Een schitterend voornemen. Hoe
begin je eraan? In dit blogbericht vind je 5 onmisbare tips om er meteen werk
van te maken. Voor je ’t weet, vuur je knappe teksten op je lezer af. Meer
schrijven? Dat doe je zo.
1. Ontdek jouw schrijfplek
Kom je moeilijk aan schrijven
toe? Stel jezelf de vraag waar je zou
kunnen schrijven. Het cliché van de schrijver aan een bureau op een
zolderkamertje is niet meer van deze tijd. Je hebt auteurs die werken in een
speciaal daarvoor ingerichte plek in huis, terwijl anderen overal hun
notitieboekje bovenhalen en eraan beginnen.
Ik schrijf het liefst thuis op de bank met pen en papier. Pas nadat ik een eerste kladversie
heb neergepend, zet ik me aan de computer. Mijn krabbels gebruik ik als
uitgangspunt voor een nieuwe versie. Die versie druk ik af en herwerk ik
opnieuw met een pen. Dat pendelen tussen papier en computer gaat net zolang
door tot ik helemaal tevreden ben over het resultaat.
Ben je net als ik iemand die thuis schrijft? Zorg ervoor dat je een
aangename schrijfplek hebt. Enkele vragen die je je daarbij kunt stellen zijn:
Is het een rustige plek?
Staat er een goede bank,
stoel en bureau?
Heb je pen en papier binnen
handbereik? En schrijven die pennen goed? Niets zo irritant als een stroef
lopende pen tijdens een brainstormsessie.
Denk ook aan mogelijke
‘afleiders’. Ik bedoel zaken zoals een
tv of een smartphone. Als je voortdurend wordt afgeleid, raak je nooit in
de flow van je tekst. Dat is zonde, voor jou en voor je tekst. Schrijf bij
voorkeur in een ruimte zonder tv of leg de afstandsbediening buiten handbereik.
Verstop je smartphone in een lade of zet het geluid op stil.
Jouw schrijfplek kan zich overal bevinden: op café, in de
bibliotheek, in het park of aan de keukentafel. Sommige mensen hebben nood aan
stilte, anderen houden van geroezemoes op de achtergrond. Test enkele plekjes uit. Je hoofd en je lichaam geven snel genoeg aan
of je daar goed zit of niet.
Mijn favoriete schrijfstoel |
2. Zoek jouw schrijfmoment
Je schrijfplek ontdekken is
leuk, maar daarmee ben je er nog niet. Je moet er ook echt aan schrijven
toekomen. Je kunt je keukentafel tot schrijfplek uitroepen, maar als je daar
voortdurend wordt gestoord, komt er van schrijven niets terecht. Wat je nodig
hebt is een schrijfmoment, een moment
waarop je ongestoord schrijft.
Een goed idee leg ik meteen vast in de notitie-app van mijn
smartphone. Ideeën uitwerken doe ik
bijna altijd thuis. Op weekdagen kom ik meestal pas aan schrijven toe na mijn
reguliere baan en een rits huishoudelijke ditjes en datjes, zo ergens tussen 21u
en 22u. Tijdens het weekend werk ik minder gestructureerd. Ik schrijf dan als
ik tijd en zin heb.
Wie zijn eerste stappen als schrijver zet, werkt best met
een vast schrijfmoment. Neem je agenda en spreek met jezelf af wanneer je zult
schrijven en hoe lang. Als het moment daar is, moet je dan ook echt schrijven. Laat
je telefoon rinkelen en je bezoek aan de deur staan. Je hebt geen tijd. Je hebt
al een afspraak met jezelf. Op die
manier kweek je zitvlees. Zodra je meer schrijfervaring hebt, zul je minder
nood voelen om vooraf schrijftijd in je agenda te plannen. Dankzij je schrijfdiscipline kom je als vanzelf in een schrijversflow
terecht, waar en wanneer je maar wilt.
Ga op zoek naar een haalbaar schrijfmoment voor jou. Wie
zich voorneemt een kortverhaal aan een drukke ontbijttafel met partner en kids te
schrijven, maakt het zichzelf moeilijk. Ga liever iets vroeger slapen en schrijf
een kwartier in bed. Ben je een ochtendtype? Leg pen en papier op je
nachtkastje en laat je wekker een kwartier vroeger rinkelen. Een kwartier lijkt
peanuts, maar als je dat ritme een week lang volhoudt, heb je toch maar mooi
negentig minuten geschreven.
Mijn favoriete boeken zijn altijd binnen handbereik op een speciaal schap in de buurt van mijn computer |
3. Vind jouw verhaal
Je tekst moet leven. Hij moet de lezer bewegen. Hoe
krijg je dat voor elkaar? Begin bij
jezelf. Vraag je af wat jou beweegt. Over iets dat je nauw aan het hart
ligt, heb je veel te vertellen.
Heb je moeite om je verhaal
te vinden? Laat je inspireren door Dorothea
Brande. In haar schrijfgids Becoming a
Writer, stelt ze voor dat je elke ochtend een dagboek bijhoudt. Net na het ontwaken zit je hoofd nog niet vol met
de ruis van alledag. Schrijf dan vrijuit zolang als je wilt of kunt. Herlees
een aantal maanden later je notities. Je zult merken dat er een rode draad door
al die losse tekstflarden loopt. Eureka, je hebt je verhaal gevonden!
Ben
je geen ochtendtype of dagboekschrijver? Geen probleem. Er zijn wel meer manieren om je verhaal te vinden. Ga voor je
boekenkast staan. Boeken zijn een spiegel van wie je bent. Scrol door je
afspeellijsten op iTunes. Idem. Of vraag je beste vriend waarover jij lang en
veel praat (versta: zeurt). Kijk om je
heen en naar jezelf. Vroeg of laat bots je op een verhaal dat als een constante
door je leven loopt.
Met jouw verhaal bedoel ik niet jouw autobiografie. Opnieuw: zoek naar een rode
draad die door je ervaringen, overpeinzingen of dagdromen loopt. Stel: je hebt
ontdekt dat je een verhaal over de liefde wilt schrijven. Die ontdekking kun je
gieten in een roman die inhoudelijk nauw aanleunt bij ervaringen uit je eigen
leven, maar evengoed kun je kiezen voor een liefdesverhaal tussen twee pinguïns
op een ijsschots of twee eencellige wezentjes op een onbekende planeet. Als je jouw verhaal te pakken hebt, kun je
alle kanten uit. Neem de tijd om het te leren kennen. Het is de katalysator van je tekst en de brandstof als je aan je
zoveelste versie begint.
Kladversies, losse notities en brainstormsessies op papier |
4. Kies een genre
Pin jezelf niet te snel vast op een genre. Veel beginnende schrijvers
hebben, nog vóór ze met een tekst starten, voor zichzelf uitgemaakt dat ze een
roman gaan schrijven. Ze schrijven zich in voor een cursus proza en stellen vervolgens
vast dat ze geen romancier zijn. Een ontnuchterende vaststelling. Nou goed,
iedereen moet ergens beginnen en er is soms geen betere les dan beseffen dat je
ergens niet goed in bent. Moet je dan stoppen met schrijven? Welnee, ben je
gek. De roman is een schitterend
literair genre, maar ook niet meer dan dat. Misschien ben jij wel een
fantastische schrijver van gedichten, zkv’s of essays?
Ook ik was ooit zo’n beginnende schrijver die een roman op
de mensheid wilde afvuren. Ik begon eraan met veel goesting en ambitie. Ik schreef en
herschreef naarstig hoofdstuk na hoofdstuk. Tot ik er op een dag geen zin meer
in had, laat staan dat ik er nog eens zoveel jaren aan zou zitten knoeien. Ik werd
zelfs fysiek onwel als ik aan die roman dacht. Een writer’s block van jewelste.
Of toch niet? Ik stopte nooit met schrijven. Toen ik zag dat het met die roman
niets werd, begon ik met een blog. En dat doe ik vijf jaar later nog steeds. Bloggen gaat me beter af dan romans
schrijven. Hoe langer ik het doe, hoe leuker ik het vind.
Ga na in welk genre jouw woorden het best tot hun recht
komen. Het codewoord is: experimenteer. Er is niets leukers dan dat. Vraag
je af hoe je tekst zou klinken als puntgedicht, flash fiction of turf van 500+
pagina’s. Op die manier leer je jouw tekst tot in de puntjes kennen en maak je
er een topper van. De grenzen tussen genres zijn vager dan je denkt. Poëtisch
proza of prozaïsche poëzie? Het bestaat allemaal en werkt prima als je het goed
aanpakt. Als je weet welke mogelijkheden
de literatuur allemaal biedt, zal jouw schrijfgoesting nooit opdrogen.
Eten, drinken, pen, papier en een schrijfboek |
5. Spijker je schrijfkennis bij
Levenslang leren, ook schrijvers doen eraan. Ben je een beginner of
gevorderde, een autodidact of cursusvreter; voor iedereen zijn er manieren om
schrijfkennis fris en actueel te houden. Schrijven
is geen hogere wiskunde. Met een aantal eenvoudige tips en trucs kun je meteen
aan de slag. Schrijven leer je vooral
door het te doen. Pen, papier en verbeeldingskracht, meer heb je niet
nodig. Dat maakt van schrijven een goedkope en toegankelijke hobby. Nog een
voordeel: je bent nooit te oud om eraan te beginnen.
Spijker jij je schrijfkennis het liefst van al bij vanuit je
luie stoel?
Kies voor een schrijfboek. Op schrijvenonline.org vind je een overzicht van de schrijfbibliotheek
van uitgeverij Atlas Contact. Van kortverhaal tot speech, van scenario tot gedicht; over zowat elk genre
bestaat een boek. Ze vatten kort en krachtig de geplogenheden van het genre
samen en zetten je met concrete opdrachten aan het werk. Het voordeel van een schrijfboek is dat je aan je eigen tempo werkt.
Heb je een drukke week? Dan zet je jouw schrijfactiviteiten even op een lager
pitje. En net daarin ligt ook een valkuil: voor sommige mensen zijn
schrijfboeken te vrijblijvend.
Heb je nood aan een stok
achter de deur? Kies voor een schrijfcursus.
Tijdens een cursus bekwaam je jezelf in
het vak onder begeleiding van een schrijfdocent en samen met andere amateurschrijvers.
Je leert meer over schrijven en krijgt feedback op je werk. Het cursusaanbod
groeit jaar na jaar. Geen genre blijft onbesproken, geen invalshoek is te gek.
Schrijven in de stad, op café of in een museum? Een nachtelijke schrijfsessie
of een cursus via thuisonderwijs? Er zit vast iets tussen dat jij prettig vindt.
En hoe intensief mag het voor je zijn? Een zondagnamiddag, vijf
donderdagavonden op rij of meteen een flinke schrijfopleiding van meerdere
jaren? De keuze is aan jou. Ik raad
iedereen aan om eerst enkele korte cursussen te volgen. Zodra je meer zicht
hebt op wie je als schrijver bent, kun je kiezen voor een langere opleiding die
aan jouw noden tegemoet komt.
Stiekem voeg ik nog een zesde tip aan mijn lijstje toe: lees veel. Hoe pak je dat aan? Daarover
schreef ik dit blogbericht. Hoe meer je leest,
hoe meer je weet. Lezen is leuk én je
wordt er een betere schrijver van.
Heb je iets aan mijn tips? Laat
het me weten. Ik ben ook nieuwsgierig naar jouw ervaringen. Wat is jouw gouden
schrijftip?
Meer handleidingen lezen? Klik hier.
Meer handleidingen lezen? Klik hier.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten